Academici van de KU Leuven voerden, in opdracht van de Vlaamse overheid, een internationaal vergelijkend onderzoek uit naar innovaties in de lokale, participatieve democratie. Het onderzoek richt zich op drie thema’s die de laatste jaren steeds meer in de belangstelling staan: uitdaagrecht of ‘Right to Challenge’, mini-publics en e-participatie. Elke week vatten wij één van deze thema’s klaar en duidelijk samen. Deze week: e-participatie.
Wat is e-participatie juist?
De roep om directe inspraak van burgers wordt steeds luider. Overheden zijn genoodzaakt meer in te zetten op participatieve democratie en steeds vaker worden digitale middelen ingezet om de band tussen overheid en burger te versterken.
Onder e-participatie rekenen we allerlei vormen van participatie die met behulp van moderne technologie kunnen worden georganiseerd. Het informeren en betrekken van burgers en het uitwisselen van meningen en kennis staat centraal en de rol van de burger wordt digitaal georganiseerd. Net als bij andere vormen van participatie is het doel van e-participatie vooral om burgers dichter bij het bestuur te brengen en hen bij projecten te betrekken.
De voordelen
- E-participatie kan democratische burgerbetrokkenheid versterken op de verschillende beleidsniveaus waar de participatietrajecten toegepast worden.
- Digitale omgevingen bieden overheden de kans om burgers op een laagdrempelige en inclusieve manier te betrekken. E-participatie kan zo leiden tot een verhoging en verbreding van de burgerparticipatie.
- Online participatie biedt de mogelijkheid om specifieke doelgroepen aan te trekken die via offline vormen van burgerparticipatie minder of niet betrokken worden. Denk maar aan mensen die slecht te been zijn, of geen tijd hebben om fysiek elke week ergens aanwezig te zijn.
- Het beleid kan, op basis van de input van burgers, in real time bijsturen en wordt hierdoor constant versterkt.
Opgepast voor de valkuilen
- Niet iedereen kan overweg met digitale middelen. Zo kunnen ouderen, lager geschoolden, bepaalde etnisch-culturele groepen een grotere drempel ervaren om tot het gebruik van online communicatiekanalen over te gaan.
- Belangrijk is dat bij e-participatie-initiatieven de betrokken actoren eerst duidelijk in kaart gebracht worden. Deze kunnen bijvoorbeeld beleidsmakers, burgers of zelfs intermediairen zijn.
- Wanneer burgers het gevoel hebben dat hun bijdragen niet of onvoldoende erkend worden door de betrokken besturen kan dit leiden tot een afname of verdwijning van de motivatie om deel te nemen aan e-participatie. Steun vanuit het bestuur is dan ook erg belangrijk.
Enkele tips
- Manage de verwachtingen. Bij een e-participatie-initiatief moet er duidelijk gecommuniceerd worden welke plaats de input van de betrokken burgers krijgt binnen de beleidsvorming, en hoe deze meegenomen wordt doorheen het proces.
- Denk na over de interne werking. De input van de burgers moet kunnen steunen op een goede interne werking van het initiatief. Daarnaast moet men inzetten op duidelijke administratieve afspraken om een structurele en coherente werking van e-participatieprocessen te garanderen.
- Vertrouw niet alleen op de technologie. Hoewel de technologische dimensie van e-participatie duidelijk belangrijk is, wordt een te sterke focus op technologie vaak gezien als een belangrijke oorzaak van het mislukken van e-participatieprojecten. Van technologie alleen kan niet verwacht worden dat het de betrokkenheid en participatie van burgers zal vergroten. Het socio-maatschappelijke aspect is minstens even belangrijk.
- Denk na over wie op deze manier bereikt kan worden. Wanneer er te weinig aandacht geschonken wordt aan het betrekken van brede groepen burgers, kan e-participatie bestaande ongelijkheden in de samenleving bestendigen of er zelfs nieuwe genereren. Hou hier rekening mee bij het opzetten van het e-participatie-initiatief.
Het hele onderzoek lees je hier https://lokaalbestuur.vlaanderen.be/werking-bestuur/burgerparticipatie/right-to-challenge-e-democracy-en-minipublics